Het aantal discriminatieklachten in Noord-Holland Noord blijft hoog. Art.1 Bureau Discriminatiezaken Noord-Holland Noord (Art.1 NHN) heeft in 2022 in totaal 307 discriminatieklachten behandeld en geregistreerd.
Dat is minder dan in 2021 en 2020. De meeste klachten, 62% gingen in 2022 over de discriminatie op afkomst en huidskleur, gevolgd door seksuele gerichtheid 10%.
Racisme is al jaren de meest gemelde discriminatiegrond, maar het relatieve aandeel fluctueert sterk. In 2020 was het aantal klachten het hoogst. In 2021 daalde het en in 2022 is het flink gestegen met 21% naar 205. Racisme is wijdverbreid en komt op alle terreinen veel voor.
De meeste discriminatieklachten, 57 speelden zich in 2022 af in de openbare ruimte. Zo wordt op straat of in het verkeer discriminerend gescholden door mensen die elkaar niet kennen. Deze categorie groeit al drie jaar in aantal.
Verder vond de gemelde discriminatie vooral plaats op de terreinen buurt en wijk en collectieve voorzieningen, waaronder de (lokale) overheid, de sociale dienst of gezondheidszorg vallen.
In 2022 was er veel aandacht voor institutioneel racisme en discriminatie door het toeslagenschandaal en etnisch profileren door de belastingdienst en de politie. Het was ook het jaar van het excuus voor het slavernijverleden.
Eind 2021 werd de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme aangesteld die gelijk het land introk om tijdens dialoogsessies te spreken over verschillende vormen van discriminatie.
Art.1 NHN is een van de 18 antidiscriminatiebureaus in Nederland, verenigd in Discriminatie.nl.