Laat Alkmaar zich de kaas van het brood eten?

Alkmaar en kaas: een gouden combinatie. Vrijdag op het Waagplein, stapels kazen, toeristen die klappen voor de kaasdragers. Prachtig! Maar ergens anders in de stad klinkt ook een ander geluid. Geen bel die luidt, maar een mes dat snijdt. De kaasschaaf, om precies te zijn. En nee, dit keer gaat het niet over een plakje jong belegen op je boterham, maar over de gemeentebegroting.
De kaasschaafmethode is een bekende bezuinigingstruc. In plaats van rigoureus te snijden, schaaft de gemeente overal een beetje af. Drie procent hier, vijf procent daar, zeven procent als het echt moet. Het klinkt zo logisch, bijna pijnloos. Iedereen draagt een beetje bij, toch? Maar als je lang genoeg schaaft, hou je gatenkaas over. En hoe smaakt een stad vol gaten?
Ravijnjaar
2026, het beruchte ravijnjaar. Alkmaar krijgt fors minder geld uit Den Haag โ zoโn 14 miljoen minder. De vraag is niet รณf we moeten besparen, maar hoe we dat op een slimme manier doen. Willen we overal een beetje minder, of kijken we waar we echt kunnen hervormen?
Het college moet knopen doorhakken. Weer de kaasschaaf pakken? Of duidelijke keuzes maken? De stad groeit, kosten stijgen en sommige taken kosten simpelweg meer dan vroeger.
Laten we kijken welke stukken we echt nodig hebben en waar we kunnen snijden zonder de kern te raken, niet blijven doorschaven tot er niets over is. Met visie en lef vooruitkijken, zodat we straks niet een stad vol gaten hebben, maar een stevige, goed gerijpte toekomst.
Genoeg geschaafd
Een stad is geen stapel kazen waar je eindeloos dunne plakjes vanaf kunt halen. Laat het college keuzes durven maken in plaats van overal net wat vanaf te schrapen. Alkmaar verdient geen gatenkaasbeleid.