Op dinsdagmiddag 5 maart herdachten zo’n 100 mensen bij het Alkmaars Namenmonument de verschrikkelijke gebeurtenissen van 5 maart 1942. Op die dag moest vrijwel de gehele Joodse gemeenschap in Alkmaar op bevel van de Duitse bezetter per trein de stad verlaten. Slechts zeer weinigen keerden ooit weer terug.
173 witte rozen
Burgemeester Anja Schouten sprak op de bijeenkomst over die dag in 1942 en benadrukte hoe belangrijk het is om te blijven herdenken. Kinderburgemeester Malaika las een gedicht voor van stadsdichter Apollonia. Daarna ging de heer Louis de Leeuw voor in twee Joodse gebeden om de doden te herdenken. Tot slot lazen leerlingen van obs De Kennemerpoort de namen voor van alle 173 Joodse Alkmaarders die die dag de stad moesten verlaten. Tijdens dit voorlezen legden de aanwezigen 173 witte rozen bij het monument.
Burgemeester Schouten sprak van een waardige herdenkingsbijeenkomst die vanaf nu elk jaar op 5 maart plaats zal vinden.
Gedicht stadsdichter Apollonia (Lonneke van Heugten)
Het eindigt hier
Het begint met aanwijzen
wie niet en wie wel telt
Je voelt je onterecht
gewezen
Je weerwoord niet gehoord
Problemen afgeschoven
leugens verteld
je waardigheid afgepeld
tot wat waar is niet meer
geweten
Je weet je ongehoord
als een document opgesteld
dat er niks anders op zit
dan één enkele reis
als iedereen je ziet staan,
maar niemand zegt:
Je hoeft niet te gaan
Het blijft ongehoord
maar ook in stilte
weet je nog wat echt
als iemand je recht
in de ogen kijkt
en zichzelf ziet
vertrekken
Luister nu
het verleden moet gehoord
zodat de reis in vrede
kan eindigen